Skip to main content

Lezen is vaak een stille bezigheid, maar juist het gesprek erover maakt boeken levendig (Chambers, 2020). Door samen te praten over verhalen ontdekken leerlingen nieuwe perspectieven, herkennen ze zichzelf of juist de ander, en worden ze gemotiveerde lezers. Toch kan het starten van zo’n gesprek soms lastig zijn. Hoe zorg je ervoor dat leerlingen niet alleen vertellen “of ze het boek leuk vonden”, maar écht in gesprek gaan?

Hieronder vind je vijf tips die direct in de klas toepasbaar zijn.

1 – Stel open vragen

Een gesprek komt pas op gang als leerlingen de ruimte krijgen om hun gedachten vrij te verkennen. Vermijd gesloten vragen als: “Vond je het leuk?”. Kies liever voor open vragen zoals: “Wat verraste je in dit verhaal?” of “Welke keuze van de hoofdpersoon vond je opvallend?”. Zulke vragen nodigen uit tot nadenken en leiden tot meer gesprek en diepgang.

2 – Geef iedereen een stem

In een klas zitten stille denkers en snelle praters. Probeer gespreksvormen te gebruiken waarbij iedereen aan bod komt, zoals bijvoorbeeld Tweepraat of Tafelrondje. Laat bijvoorbeeld ieder groepje een vraag bespreken en daarna één inzicht delen. Zo horen leerlingen meerdere perspectieven, en voelen ook de stillere lezers zich gehoord.

3 – Verbind boek en leefwereld

Boeken werken het best wanneer ze betekenis krijgen in het leven van leerlingen. Vragen zoals: “Heb jij ooit in een soortgelijke situatie gezeten?” of “Wat zou jij doen als je de hoofdpersoon was?”. Door de koppeling naar de eigen leefwereld worden verhalen persoonlijk en relevant.

4 – Gebruik beelden of creatieve triggers

Een citaat of illustratie  kan een gesprek openen dat anders misschien niet zou ontstaan. Visuele hulpmiddelen zoals kaarten met afbeeldingen of prikkelende vragen werken goed. Ze geven houvast, zeker voor leerlingen die wat meer ondersteuning nodig hebben om hun gedachten te triggeren.

5 – Doorvragen geeft diepte

Het eerste antwoord van een leerling is vaak kort. Het echte gesprek begint pas daarna. Leerlingen uitdagen met vervolgvragen als: “Kun je dat uitleggen?”, “Waarom denk je dat?” of “Wat zegt dat over de hoofdpersoon?” helpt om het gesprek verder te brengen en meer lagen in het verhaal te ontdekken.

Tot slot

Het mooie van deze tips is dat ze eenvoudig in te passen zijn in elke leesles. Ze maken van lezen een sociale en reflectieve activiteit.

Wie graag meer inspiratie wil, kan gebruikmaken van hulpmiddelen zoals BladWijzer – een set van 81 kaarten met vragen en beelden die literaire gesprekken stimuleren. Niet als doel op zich, maar als middel om het gesprek over boeken en verhalen op gang te brengen en kinderen zo elkaar te inspireren en motiveren om te lezen. Lezen wordt zo meer een gedeelde ervaring waarin luisteren, denken, praten en genieten van boeken samenkomen.

Meer over BladWijzer